Terugkomst Formule 1 op Zandvoort niet alleen sportief topevenement, maar mogelijk ook forse economische impuls voor regio Kennemerland.
Gisteren maakte Prins Bernhard van Oranje, eigenaar van het circuit in Zandvoort, bekend een aanbod te hebben gekregen van Formula One Management Limited om al in 2020 een Grand Prix in Zandvoort te organiseren. “Als wij nu tekenen, dan heeft Nederland in 2020 weer een Grand Prix”, aldus Bernhard in de Telegraaf.
Sinds dat bericht is het niet meer rustig geworden rond de Formule 1 en rond het circuit van Zandvoort in het bijzonder. Niet vreemd, want de komst van dit sportieve miljoenencircus heeft niet alleen sportief gezien, maar ook economisch een grote impact voor met name de regio Kennemerland, waarbinnen het spektakel eventueel gaat plaatsvinden.
Het kost een paar centen, maar dan heb je ook wat!
Dat is zeker het geval als we praten over de komst van de Formule 1 naar Zandvoort. Allereerst zal er zo’n 20 miljoen aan ‘entrance fee’ moeten worden opgehoest. En tel daar minimaal nog maar zo’n zelfde bedrag bij op voor de organisatiekosten en het aanpassen van het circuit.
Maar eigenaar van het Zandvoortse circuit, Prins Bernhard van Oranje, laat er geen twijfel over bestaan dat het een goede investering is. In een interview met Jurgen van den Berg in het programma NOS Radio 1 Journaal van vrijdag 2 november gaf hij aan rond de 80 miljoen euro ‘additionele omzet’ te verwachten gedurende de eerste 5 dagen rond de grand prix. Een enorme impuls voor de lokale economie die vooral z’n invloed zal hebben op de regio Kennemerland.
Gezien de enorme inkomstenpotentie voor het bedrijfsleven is het niet vreemd dat Prins Bernard eerst kijkt naar datzelfde bedrijfsleven om de beurs te trekken en daarmee het investeringsplaatje kostendekkend te krijgen. Maar uiteraard wordt er ook al gelonkt naar zowel de lokale als de landelijke politiek. Hoewel Mark Rutte zich nog niet bereid toont om de beurs te trekken („Wees effe stoer en los dat zelf op”) gaf de Zandvoortse VVD-wethouder Ellen Verheij – de Haas al aan dat de gemeente Zandvoort zeker bereid zou zijn de portemonnee te trekken. Een soortgelijk geluid kwam van Karim El Gewali, fractievoorzitter GroenLinks.
Toch zijn er ook mensen die minder blij zijn met de geluiden uit Zandvoort. Vooral in Assen reageerde men op z’n zachtst gezegd gereserveerd. Ook het TT-circuit in Assen was een van de gegadigden voor een race in Nederland en kwam, net als Zandvoort, sterk uit alle onderzoeken. Het lijkt er echter op dat vooral de historische waarde die Zandvoort voor de Formule 1 heeft, doorslaggevend is geweest om de voorkeur naar Zandvoort uit te laten gaan.
Overlast omringende gemeenten
Andere negatieve geluiden kwamen al voorzichtig uit de randgemeenten van Zandvoort, Bloemendaal en Heemstede. De twee toevoerwegen naar Zandvoort lopen via deze gemeenten, en een aantal bewoners lijken moeite te hebben met de daaruit voortvloeiende verkeersoverlast. In hoeverre deze overlast in verhouding staat tot én het sportieve plezier van honderdduizenden sportliefhebbers én de miljoenenimpuls voor de lokale economie kun je je afvragen. Collega Nieuws.nl-redacteur, zelf Zandvoorter in hard en nieren en circuitkenner bij uitstek Jaap Koper was er in zijn column duidelijk over (Lees: Ergernis – Jaap Koper )
Ontsluiting niet ten koste van natuur
Overigens is de ontsluiting van Zandvoort best wel een ‘dingetje’. Al jaren is het zo dat op zomerse dagen het verkeer op de Zeeweg en de Zandvoortselaan muurvast staat. Het aanleggen van extra wegen is geen optie, gezien de natuurgebieden (Kennemerduinen en Amsterdamse Waterleidingduinen) die de Noord-Hollandse badplaats omsluiten. Een aantasting van deze gebieden zal zeker (en terecht) op grote weerstand stuiten en geen optie zijn. Er zal dus zwaar moeten worden ingezet op de fiets en het openbaar vervoer. En bij dat laatste zal de trein dan een hoofdrol moeten spelen.
Wat dat betreft zullen er voor 2020 nog heel wat hobbels moeten worden genomen. Maar de enorme populariteit van Max Verstappen in ogenschouw nemend lijkt ’t erop dat het draagvlak voor een ‘thuis Grand Prix voor Max’ in Nederland nu zo groot is dat het een kwestie is van ‘nu of nooit’.