Woon je in het zuiden van ons land woont, dan héb je ’t
blijkbaar helemaal. Kom je uit ’t noorden dan zùl je ’t nooit krijgen: dat
ultieme carnavalsgevoel. En eigenlijk, als je er net zo’n beetje tussenin
hangt, zoals ik, met mijn wortels aan de grens van de Noord-Hollandse
provinciehoofdstad Haarlem, dan zit dat carnavalsbloed ook niet echt in de
aderen.
(tekst: Wim Meijer)
Kiezen Prins Carnaval en Raad van Elf
Oké, ook in het Noord-Hollandse zijn er
carnavalsverenigingen. En ook daar is op de avond van de 11e november menig buurthuiszaaltje
bezet door een uitgedost gezelschap, waaruit de elf zotten worden gekozen, die
in de daarop volgende maanden als Raad van Elf door het bruisende feestleven
zullen gaan. Alleen, dat bruisende… dat is nu juist hetgeen waar het in het
Noord-Hollandse aan ontbreekt.
Pixabay
Prins Carnaval, gekozen op de 'Elfde van de Elfde' (Wikipedia)
Ontnuchterend beeld
Bijna 25 jaar lang was ik dansdocent en deejay in een
partycentrum. Al die jaren zag ik het carnaval aan mij voorbij trekken. Ze
riepen allemaal driewerf ‘Alaaf!’ met hun rechterhand aan hun linkeroor, liepen
allemaal in polonaise hun vaste rondje, dronken allemaal hun pinten totdat ze
niet meer proefden wat ze dronken en lachten allemaal om de grappen waar ze
vorig jaar ook al om lachten. Veilig opgesteld van achter mijn disco keek ik
toe hoe in de loop van de avonden het ‘lopen’ van de polonaise langzaam overging
in ‘waggelen’ waarna, later dan bedoeld, de avond uiteindelijk doofde met een
Raad van elf man, lusteloos ineengezakt achter een lange tafel, met rood
omrande ogen, starend in een glas dat in het gunstigste geval nog een laagje
ernstig verschraald bier bevatte. Een ontnuchterend tragikomisch beeld dat
moeiteloos zou passen in een aflevering van ‘Man bijt hond’.
Internationaal feest
Toch kan ik mijn ogen er niet voor sluiten dat carnaval een
feest is waar hele volksstammen verschrikkelijk veel plezier aan beleven.
Ongeveer iedereen, afkomstig van beneden de grote rivieren, hoor ik uitsluitend
praten in superlatieven om de sfeer van het carnavalsfeest te beschrijven.
En ook in veel andere landen (of streken daarvan) heeft
carnaval een ereplaatsje op de kalender, zoals in Italië (Venetië), Frankrijk
(Nice), Duitsland (Keulen), Zwitserland (Luzern), België (Aalst), Argentinië
(Buenos Aires) en bovenal Brazilië met als ultieme carnavalsstad: Rio de
Janeiro in Brazilië.
Impressie van het carnaval in Venetië:
Carnaval in Rio
In Rio is carnaval meer dan een feestje. Daar is het echt
een
cultuur, ontstaan uit een mix van twee culturen: de Afrikaanse en de
Portugese. Al vanaf 1870 gaan alle inwoners van Rio de straat op om de Samba te
dansen en te feesten. Jaarlijks nemen aan het carnaval van Rio de Janeiro ruim
vier miljoen mensen deel, waarbij het hoogtepunt wordt gevormd door de
Sambodromo-parade, een parade van de zestien beste sambascholen van Rio de
Janeiro, die gehouden wordt in het ‘sambadrome’, een zevenhonderd meter lang
deel van de rua Marquês de Sapucaí, dat speciaal voor de optochten van tribunes
is voorzien, en ruimte biedt aan 200.000 toeschouwers. Aan de parade doen
gemiddeld 80.000 mensen mee.
De elfde van de elfde om elf minuten over elf
Nu zitten we dus op die ‘elfde van de elfde’. Waarschijnlijk
hebben ze in Rio nog nooit van die datum gehoord. Een Raad van Elf en een Prins
Carnaval die met een driewerf ‘Alaaf’ wordt geïnstalleerd op de elfde van de
elfde om elf minuten over elf…… daar hebben ze in Brazilië helemaal niets mee.
In Rio begint ’t carnaval gewoon in februari. En dat is gelukkig voor de
Brazilië. Want die ‘elfde van de elfde’ betekent voor ons dat we weer twee
maanden lang onze oren moeten laten teisteren door de als vrolijk en komisch
bedoelde klanken van veelal muzikale eendagsvliegen, met komend jaar de climax
op maandag 3 maart, tijdens de Grote Optocht, hoogtepunt van het Oeteldonkse
carnaval.
Voor ieder wat wils op ‘de Elfde van de Elfde’
Natuurlijk gun ik iedereen z’n feestje, en dus ook z’n
carnaval. En wat dat betreft is de ‘Elfde van de Elfde’ best een mooie datum,
want zo’n beetje iedereen komt aan zijn trekken: de carnavalsliefhebber krijgt
groen licht om een paar maanden ‘los te gaan’ en op diezelfde avond mag de
jeugd langs de deuren om in het kader van Sint Maarten en al zingend snoep op
te halen.
En heb je niets met carnaval en ook niet met Sint Maarten,
dan kun je ook thuis je eigen rustige eilandje creëren. Een tip van mijn kant,
waarmee je toch een beetje in de sfeer van de dag blijft: zwijmel lekker weg op
de zwoele klanken van Astrud Gilberto’s “Manhã de Carnaval’, en reageer vooral
niet op de bel, want dat ‘de koeien staarten hebben’ dat wisten we al lang!